01 april 2009



De geboorte van Transgender Netwerk Nederland


Op 20 maart 2009 vond in het COC-gebouw te Amsterdam de geboorte plaats, men noemde het in de uitnodigingsmail 'de publieke presentatie', van Transgender Netwerk Nederland (TNN) (hier) en (hier). Transgender Netwerk Nederland ziet zichzelf als een overkoepelende club die de verschillende transgender-clubjes samenbindt en vertegenwoordigt in Den Haag. Net als bij een echte geboorte, ging het soms met gepuf en geklaag en zag het jonge leven er soms wat moeizaam uit.


Planproblemen

De eerste uitnodiging voor die bijeenkomst arriveerde bij mij op 17 maart, dus drie dagen eerder. Een beetje erg kort dag, dus. De uitnodigingsmail vermeldde: "Wegens de late verspreiding hebben we de aanmelddatum, die vermeld is in de bijlage, verruimd van 16 maart naar 18 maart."

Met de planning ging nog meer fout. We arriveerden tegen één uur met een delegatie uit Groningen/Drenthe zonder echt geluncht te hebben. Eigen domme schuld natuurlijk. Moet je maar eerder van huis gaan. Gelukkig was er op het COC koffie met koek. Vervolgens liep het programma zonder onderbreking door en uit tot tegen acht uur 's avonds. 'Hoeveel kan een mens hebben? Verschillen transgenders op dit punt echt van normale mensen?', vroeg ik me af. Maar tegelijkertijd was ik niet meer in de stemming een diepzinnig antwoord op deze brandende vragen te zoeken. Zelfs als transgender wil je in zo'n situatie nog maar twee dingen: eten en drinken.


Workshop-problemen

Het middagprogramma bestond uit een reeks workshops: ronde tafel gesprekken in kleine groepen onder leiding van een gespreksleider. In beginsel moest er steeds na 20 minuten gewisseld worden en dat is jammer, want in 20 minuten is het moeilijk tot een wat diepergaande verkenning van een thema te komen.

Bij één van de thema's waar ik bij aanwezig was, wist de gespreksleider zelf kennelijk niet meer precies waar het nu over moest gaan. Bij een ander thema werd de gespreksleider een beetje kwaad dat zijn/haar stelling onder vuur werd genomen. Zo als de stelling het stelde, was het toch echt.

De workshop over omgaan met discriminatie was voor mij een soort eye-opener, maar niet helemaal op de manier zoals het bedoeld was. Deze workshop werd gepresenteerd door Wouter Neerings van COC Nederland. Wouter heeft als homo vroeger zelf een ervaring opgedaan met discriminatie, maar tegelijkertijd werd duidelijk dat hij eigenlijk geen idee had van de gigantische problemen waar transgenders soms voor komen te staan zoals collega's die van je superieur te horen krijgen dat ze verder niet meer met je mogen praten.

Je kunt dat Wouter niet kwalijk nemen, want hij is homo en geen transgender, maar je kunt het de organiserende club van zo'n dag wel aanrekenen. Homo's hebben hun problemen, transgenders hebben totaal andere problemen. Als je dus wilt praten over discriminatie van transgenders moet je daar een transgender voor vragen die verstand van dat onderwerp heeft en niet een homo. Het werd nu vooral duidelijk dat de mensen die denken verstand te hebben van discriminatie soms absoluut niet weten wat er onder transgenders speelt.

De enige workshop waar ik van dacht: 'Dit is de moeite waard,' was van Jeanine Trip over het thema: 'Samen sterk!' Jeanine had geprobeerd een aantal prikkelende stellingen te formuleren en was daar ook wel in geslaagd. Onder de treinreis had ik die stellingen al moeten doornemen van haar zodat ik mogelijk op dit punt niet meer helemaal onbevangen tegenover de materie stond. Maar hoe je het ook draait of keert, transgenders hebben moeite zich te organiseren, zitten te vaak en te veel in de kast en lijken ook vaak niet echt gemotiveerd tot actie.


Stevige homo-omarming

De dag vond plaats in het COC. De voorzitter van COC Nederland, Wouter Neerings, leidde een workshop. Nog een andere workshop werd geleid door Tania Barkhuis van het COC. Na de workshops was er een forumdiscussie waarin Wouter prominent een plaats kreeg in het forum. Zonder spijkers op laag water te willen zoeken, lijkt het duidelijk dat COC Nederland het Transgender Netwerk Nederland misschien liefdevol, maar tegelijkertijd ook heel stevig omarmd heeft.

Ik weet niet of dat zo'n goede ontwikkeling is. Transgenders zijn geen homo. Natuurlijk heb je transgenders die homo zijn, maar procentueel is dat maar een paar procent van het totaal. Voor de grote groep transgenders, de klassieke travestieten, is het niet-homo zijn een belangrijk punt. Je bent travestiet, men veronderstelt en beschuldigt je vaak van homo zijn, maar dat ben je niet.

In Groningen werken we zonder problemen samen met de homo-beweging. Samenwerken is geen probleem, maar verder dan dat mag en moet het niet gaan. Ieder zijn eigen identiteit. Ieder zijn eigen belangen. Ieder zijn eigen agenda en zijn eigen groep.


Weinig travestieten


Tegelijkertijd was er geen ruimte en plaats gereserveerd voor een travestiet in het forum. Een forum voor transgenders, over transgenders, maar zonder vertegenwoordiger van de grootste Nederlandse groep transgenders: de travestieten.

Behalve dat in het forum geen enkele travestiet was opgenomen, zag ik op de dag zelf ook relatief weinig travestieten. Ik zag veel transvrouwen, transmannen, homo's, anderen, maar in verhouding weinig travestieten.

Zelf was ik als man in rok. Eigenlijk had ik een short aan, maar het idee blijft ongeveer hetzelfde. Wel, dat leek, voorzover ik kon nagaan, al helemaal zeldzaam. Kennelijk waren de mannen in rok niet uitgenodigd of als ze dat wel waren, waren ze niet gekomen.


Transproblemen

Behalve dat er relatief weinig travestieten aanwezig waren, werden alle thema's, de discussies, het forum vooral gedomineerd door problemen van transen. Bij dit soort dagen is dat min of meer een vast verschijnsel. Transen zijn nadrukkelijker aanwezig en spreken meer tot de verbeelding. Tegelijkertijd is dat natuurlijk een wel wat erg beperkte invulling van het begrip 'transgender'.

De grote lijn van de verhalen die ik beluisterde, was vaak: Ik heb nu eindelijk het geslacht dat ik graag wilde hebben, maar nu behandelt de wereld me niet als normale vrouw of normale man. De wereld is fout en moet veranderd worden.

Misschien was het gewoon dat het allemaal te lang duurde en te vaak herhaald werd, maar op zulke momenten heb ik de neiging te denken: Hou toch op met zeuren. Natuurlijk is de wereld niet ideaal en dat zal ze ook nooit worden, zeker niet voor transgenders. Maar op een gegeven moment weet je dat wel en moet je er toch het beste van maken. Waarom niet beginnen bij jezelf? Dus: niet klagen, maar aanpakken.

De openingshandeling werd verricht door VVD kamerlid Laetitia Griffith (hier). Leatitia oogt als een koningin van de catwalk. Ze hield ogenschijnlijk voor de vuist weg een speech waarin ze en een persoonlijk accent legde en nog verstandige dingen zei, ook. Wat ze ondermeer zei, was dat transgenders niet alleen toenadering moesten zoeken tot de partijen die daarvoor open stonden, maar zich tot alle politieke partijen moesten wenden.

Misschien komt het door het uiterlijk van Leatitia. En natuurlijk is dit iets dat je eigenlijk niet behoort te zeggen, laat staan schrijven. Maar het contrast tussen het uiterlijk van Leatitia samen met andere aanwezige biologische vrouwen en sommige transgenders is soms toch wel heel erg groot. Natuurlijk heeft Leatitia de natuur mee, maar daarnaast is onmiskenbaar dat ze ook heel erg haar best heeft gedaan. En natuurlijk mag iedereen er uitzien zoals hij/zij/het wil.

Maar op het moment dat je klaagt dat de wereld je niet als echte man of als echte vrouw behandelt, vind ik dit toch een relevante vraag. Natuurlijk heb je als transgender te maken met indirecte discriminatie. Soms word je anders en meestal negatiever behandeld omdat men toevallig weet dat je trans, travestiet of transgender bent. Die vorm van discriminatie heeft niets met je uiterlijk te maken, bestaat en is kwalijk.

Maar als je met verschillende transgenders praat, hoor je heel vaak verhalen waaruit blijkt dat dat uiterlijk wel degelijk problemen oplevert. Tegelijk zijn veel transgenders er kennelijk heilig van overtuigd dat ze het recht hebben er zo uit te zien als ze zelf als prettig ervaren. Dat is prima, maar dan moet je ook niet vreemd opkijken als je overeenkomstig behandeld wordt.

Een Groningse trans drukte het als volgt uit: 'Als je er als een vogelverschrikker uitziet, moet je niet gek opkijken als je als een vogelverschrikker behandeld wordt. Dat heeft niets met discriminatie te maken.'

Dit is een simpel, maar toch wel belangrijk punt. Transgenders klagen dat ze niet als echte man of als echte vrouw worden behandeld. Maar in hoeveel gevallen ligt dat niet gewoon aan hun uiterlijk?

Natuurlijk kun je argumenteren dat dat uiterlijk er niet toe mag doen. Maar echt realistisch is dat nu eenmaal niet. In ieder geval heeft het niets van doen met de biologische sekse en al evenmin met de gewenste sekse.

Als Leatitia bij mij aanbelt voor een bijdrage voor het goeie doel X dan maakt het me geen sinaasappel uit of ze in werkelijkheid man is of vrouw of dat ze man wil zijn of vrouw wil zijn. Maar hoe ze er uitziet, maakt wel uit. Het eerste zie ik niet, het laatste wel, of ik wil of niet.

Op een of andere manier lijken de travestieten in doorsnee minder moeite te hebben met het belang van dat uiterlijk dan de transen. Zo was Monica Dreamgirl als 'persmiep' van TNN aanwezig en zag ze er prachtig en heel verzorgd uit. Het is maar een indruk en niet gebaseerd op systematisch onderzoek, maar de travestieten lijken soms echt een bepaald plezier te hebben in het spelen met hun uiterlijk terwijl sommige transen daar als het ware van gruwen.


Ontbrekende controle

Op het einde werd nog gesteld dat Transgender Netwerk Nederland de eerste officiële rechtspersoon is op transgender-gebied in Nederland. Een pijnlijke vergissing, want de Landelijke Kontaktgroep Travestie & Transseksualiteit (LKG T&T) (hier) bestaat al veel langer als vereniging en participeert nota bene in Trangender Netwerk Nederland. Kennelijk weet TNN zelf niet meer precies hoe het landschap er in Nederland op dit punt bijligt.

Het grootste wapenfeit van Transgender Netwerk Nederland tot nu toe, is dat men uit het Haagse subsisie heeft weten los te peuteren. Het is me op dit moment nog niet duidelijk, wat men van dat geld precies gaat doen.

Wel zie ik op dit punt een aantal problemen. Om te beginnen is Transgender Netwerk Nederland een stichting en heeft men dus geen leden. Er is dus geen enkele democratische controle op het bestuur van TNN. Dit in tegenstelling tot de LKG T&T die een vereniging vormt en een ledenvergadering kent met een gekozen bestuur.

Een volgend probleem dat inmiddels al zichtbaar is geworden, is dat bestuursleden of in ieder geval mensen die nauw betrokken waren bij de oprichting van TNN ondertussen betaalde krachten zijn geworden. Tussen het bestuur van een Stichting en het personeel moet een volstrekte scheiding bestaan en het lijkt inmiddels al wel duidelijk dat die regel hier geschonden is.

Tenslotte leert de ervaring dat overheidsgeld heel mooi lijkt, maar ook afhankelijk maakt. De ontwikkelingshulp is een voorbeeld, maar ook subsidies in eigen land. Het doel wordt al snel: weer subsidie binnen halen.

Ik denk dat als transgenders willen emanciperen, willen vechten voor gelijke rechten, ze die strijd niet kunnen uitbesteden en overlaten aan professionele, betaalde krachten. Zo werkt dat niet.

Transgender zullen moeten leren samen te werken, voor zichzelf op te komen, maar daar heb je geen overheidsgelden voor nodig. Wel bevlogen mensen, maar dat is iets heel anders.

Op de uitnodiging, lees ik, onderaan: "Het Transgender Netwerk Nederland zet zich in voor de emancipatie en het welzijn van transgenders, transseksuelen en travestieten in Nederland." Men zet zich in voor mijn emancipatie en mijn welzijn zonder dat mij iets gevraagd wordt. Zonder dat ik enige invloed kan uitoefenen? Moet ik daar blij mee zijn? Ik vind het voorlopig vooral betuttelend.

Ik hoop dat Transgender Netwerk Nederland nog veel mooie dingen gaat doen voor de Nederlandse transgenders van het belastinggeld dat ze daarvoor losgekregen heeft. Maar voorlopig moet ik het allemaal nog zien.

Het valt daarbij te hopen dat de gigantisch grote groep (klassieke) travestieten niet bij voorbaat uit het oog wordt verloren. Dat men zich weet te ontworstelen aan die innige omhelzing van de homo-beweging. Dat men groepen als 'man-in-rok' niet bij voorbaat vergeet en uitsluit. Dat men niet langer (oud-)bestuursleden als personeel aanstelt. En dat men zorgt voor een achterban die daadwerkelijk en formeel een controlerende invloed op het bestuur en beleid krijgt.


Nawoord

Nadat ik het bovenstaande stukje geschreven had, ging ik twijfelen. Zag ik niet onnodig veel beren op de weg? Het is toch mooi dat er naast de LKG T&T nog een officiële instantie is voor transgenders die aan de weg timmert?

Natuurlijk. Toch vind ik op de website van Transgender Netwerk Nederland nog meer zaken die me te denken geven. Ik lees bijvoorbeeld (hier):
Ontstaan TNN
In november 2004, tijdens de landelijke Transgender Conferentie T³, kwamen op initiatief van Stichting T-Image voor het eerst Nederlandse transgenderorganisaties bij elkaar om te praten over mogelijkheden voor samenwerking en krachtenbundeling. Na uitgebreid onderling overleg werd op 11 februari 2006 het Transgender Netwerk Nederland officieel opgericht.

In november 2004 steekt men de koppen bij elkaar. In februari 2006 wordt Transgender Netwerk Nederland officieel opgericht. In maart 2009 presenteert men zich aan het publiek. We zijn dan bijna 5 jaar verder. Overdrijf ik, als ik zeg, dat er niet veel schot in zit?

En dat er een wel erg innige koppeling is met het COC werd me tijdens de 'publieke presentatie' al duidelijk. Maar als ik op de website ook nog het COC vermeld zie staan als deelnemende organisatie, dan geloof je toch je ogen niet. Sinds wanneer is het COC een transgender-club? Laat me even lachen.

-----------
Ander artikelen over deze middag/avond (hier) en (hier).

0 reacties

Een reactie posten