15 april 2009



Het educatief pakket 'Gender in de blender'


Het Vlaamse educatieve pakket Gender in de Blender (online beschikbaar, hier) is niet een lesbrief, maar eerder een heel boek. Het is uitgeprint 188 bladzijden A4 dik.

Het pakket (of eigenlijk de te kiezen stukken daaruit) is volgens het titelblad bedoeld voor het 'secundair onderwijs', dus het onderwijs na de basisschool. De officiële titel van het pakket luidt: Educatief pakket over genderdiversiteit en transgender. Dat klinkt nogal zwaar en dat zijn sommige stukken uit dit pakket ook, hoewel er gelukkig ook minder 'zware' stukken in te vinden zijn.

Het idee is dat de docent zelf die 188 bladzijden doorneemt om daar een voor zijn of haar groep geschikt stuk uit te selecteren. Het doornemen van het lespakket kan op het scherm, maar bij 188 bladzijden leest dat niet prettig. Dus eerst printen. Op een gewone huisprinter zou ik daar niet aan beginnen, maar met een kantoorprinter valt dat nog wel te doen. Ik stel me voor dat veel docenten niet de motivatie en de tijd zullen hebben om al die 188 bladzijden door te nemen.

Wat gebeurt er als je zo 'flink' bent, dat wel te doen? Je hoopt dat je na lezing een soort duidelijk overzicht hebt van en over transgenders. 'Ah, zo en zo zit het dus.' Bij mij bereikte men het tegenovergestelde. De begrippen buitelen over elkaar heen en worden vaak in net weer iets andere betekenissen gebruikt. Ik heb dan nog het voordeel dat ik met de meeste van die begrippen vertrouwd ben, maar voor mensen die zich nog nooit in de problematiek van transgenders verdiept hebben, lijkt het me eerder verwarrend dan verhelderend.

Begrippen die ik in het begin (p. 8-12) al achterelkaar tegenkwam, waren: gender, seksuele identiteit, sekse, genderidentiteit, genderrol, genderexpressie, seksuele voorkeur, gendervariant, cross-sekse gedrag, transgender, travestie, transgenderisme, transseksualiteit, genderdiversiteit. Nu is het natuurlijk zo, dat je niet over transgenders kunt praten, zonder daarvoor een aantal specifieke begrippen te gebruiken. Maar dit vond ik toch wat overweldigend.

Wat ik me na lezing ook afvroeg, was: 'Zijn er zo ontzettend veel woorden nodig om dit te behandelen? Is het echt zo ingewikkeld of maakt men het vooral ingewikkeld? Is er een bepaalde reden om het ingewikkelder te maken dan het in werkelijkheid is?' Als mensen met een heel ingewikkeld verhaal komen, is dat nooit zo maar, maar zit daar vaak een bepaalde bedoeling achter.

De feitelijke bedoeling van Gender in de blender is leerlingen het idee bij te brengen dat gender niet vastligt, maar zelf gekozen kan worden. Gender wordt dan opgevat als de culturele invulling van het begrip sekse. Iedere cultuur koppelt bepaalde verwachtingen, een bepaalde rol aan het onderscheid man/vrouw en die koppeling kun je ter discussie stellen. Zo nemen vrouwen meestal het grootste deel van de zorg voor de kinderen op zich en je kunt je afvragen waarom mannen dat niet zouden doen. Tot zover is er, lijkt mij, geen probleem.

Maar het pakket gaat over transgenders en daarmee in feite over travestieten en transseksuelen (transmannen en transvrouwen). En het probleem van transvrouwen is dus niet dat ze zo vreselijk graag voor de kinderen willen zorgen, maar dat beslist niet mogen. En bij travestie is het probleem niet dat die man zo vreselijk graag de afwas wil doen. Het is dus een beetje een handig spel met woorden. We praten niet over sekse, maar over gender. Gender is iets dat cultureel bepaald is. Dus dan kan een biologische man ook de vrouwenrol spelen. Maar betekent dat ook dat een man met succes in het maatschappelijk verkeer als vrouw kan overkomen?

Die laatste vraag lijkt me iets heel anders dan de vraag of die man ook de afwas kan en moet doen. Maar in dit pakket valt dat allemaal onder de term 'genderdiversiteit'.

Biologische mannen die vrouw worden of als vrouw door het leven proberen te gaan, zouden eigenlijk heel normaal zijn en omgekeerd zouden biologische vrouwen die man worden al even normaal zijn. Ik stel het dan wat extreem, maar uiteindelijk is dat de belangrijkste strekking. Gender met andere woorden is iets dat je kunt kiezen en waar allerhande tussenvormen van bestaan.

Maar op het moment dat je van een 'man' een 'vrouw' probeert te maken, heb je het in feite niet meer over 'gender' maar over 'sekse'. En hoe jammer transgenders en genderartsen dat ook mogen vinden, het daadwerkelijk wijzigen van de sekse van een persoon hangt volledig af van de definitie die je aan dat begrip 'sekse' geeft.

Voor dat sekse-onderscheid kun je namelijk totaal uiteenlopende criteria gebruiken. Artsen kijken vaak naar de geslachtsorganen. Juristen kijken naar de legale status. Maar in het maatschappelijke verkeer gebruiken we beide criteria vrijwel niet. Je vraagt iemand niet de broek even te laten zakken voordat je hem met mijnheer of mevrouw aanspreekt. In het maatschappelijke verkeer gaan we puur af op de zichtbare en hoorbare uiterlijke kenmerken. We denken dat iemand vrouw is, omdat ze er als een vrouw uitziet. We denken dat iemand man is, omdat hij er als een man uitziet.

Wel, zo'n nuancering van het man-vrouw onderscheid zou je dus in een leerboek als dit verwachten. Men besteedt inderdaad een hoofdstuk aan het man-vrouw onderscheid, maar zonder dat echt ter discussie te stellen. De enige concessie die men doet, is dat men een beperkte ruimte inruimt voor de groep mensen met interseks kenmerken.

Sommige definities zijn warrig. Andere zijn ronduit onjuist of discutabel. Zo lees ik op p. 10 onder het kopje TRANSGENDER: "Als het gendervariant gevoel en gedrag zover gaat dat een jongen zich een meisje voelt en een meisje zich een jongen voelt, dan spreken we over transgenderjongeren. Deze jongeren hebben permanent, langdurig en op meerdere vlakken (gevoel, beleving, interesses, gedrag,...) het gevoel dat hun genderbeleving niet klopt met hun lichaam."

Het begrip 'transgender' wordt hier ingeperkt tot transseksuelen. Dat is in afwijking met het tegenwoordig gebruikelijke opvatting dat transgenders alles is dat tussen man en vrouw invalt. Voor iemand die nieuw is op dit gebied, is dit dus uitermate verwarrend.

Tegelijkertijd wordt er in de omschrijving hierboven weer een nieuw begrip geïntroduceerd: 'genderbeleving'. Maar iets eerder heeft men daar nog het begrip 'genderidentiteit' voor geïntroduceerd.

Wanneer men het heeft over vrouwelijke travestie, merkt men op dat die in onze cultuur 'redelijk onzichtbaar' blijft. Men bedoelt echter: we zien wel vrouwen in mannenkleren, maar zien dat niet als travestie.

Op p. 11 merkt men op dat transseksualiteit niets met seksualiteit te maken heeft. Veel transseksuelen beweren dat inderdaad, maar er zijn ook de nodige deskundigen en het nodige onderzoek dat laat zien dat er vaak wel degelijk een koppeling bestaat. Enige nuancering zou hier dus op zijn minst op zijn plaats zijn.

Ook bij tweede lezing toen ik hoofdstuk na hoofdstuk noteerde waar het over ging, kreeg ik tenslotte een nogal chaotisch aandoende lijst. Het is allemaal heel veel. Er zit ook ongetwijfeld leuk en bruikbaar materiaal tussen. Maar in zijn totaliteit is het inderdaad alsof er heel veel in een grote blender is gestopt, die men daarna even stevig heeft laten draaien.

Een reactie die ik bijvoorbeeld had na lezing, was om voor mezelf de echt belangrijke begrippen te zoeken. Welke begrippen heb je nu echt nodig om iets over travestie en transseksualiteit te vertellen?

Ik denk dat dat er in feite maar een paar zijn. Het begint allemaal met het man-vrouw onderscheid dat voor ons heel simpel en absoluut lijkt, maar het niet is, zodra je het gaat analyseren. De interseks-personen vallen biologisch tussen de mannen en vrouwen in. Vervolgens heb je 'transgenders' als paraplu-begrip voor alles dat op niet duidelijk biologische gronden tussen man en vrouw invalt. De groep transgenders wordt dan weer onderverdeeld in travestieten en transseksuelen, hoewel het in feite meer om een geleidelijke overgang gaat. De transseksuelen kun je dan nog weer onderverdelen in de (V-M) transmannen en de (M-V) transvrouwen.

Het hele begrip 'gender' waar het lespakket nu voor een groot deel vol mee staat, is dan amper nog nodig. Wat wel nodig is, is een relativerende behandeling van het man-vrouw onderscheid die nu ontbreekt. Verder is het belangrijk dat die vier groepen goed voor het voetlicht komen. Zoals het nu is, ligt het accent heel erg op transseksuelen. Transseksuelen laten zich zien, zoeken media-aandacht en spreken tot de verbeelding. Toch neemt dat niet weg, dat volgens bevolkingsonderzoek veruit de grootste groep transgenders bestaat uit travestieten en niet uit de kast gekomen transseksuelen (die zich dus wel vrouw voelen, maar geen operatie hebben ondergaan). De groep interseksuelen, die in de praktijk ook met grote problemen kan kampen, komt nu amper aan bod. Met een puur lichamelijk probleem ben je kennelijk niet echt interessant.

Hoe moet zo'n lespakket er in het ideale geval uitzien?
1. Het doel moet zijn wat informatie te geven en wat begrip te kweken. Daar gaat het in feite om.
2. Het moet effectief zijn voor dat doel.
3. Het moet niet al te lang zijn.
4. Het moet visueel sterk zijn. We leven in een plaatjes/video-wereld. In de bijlage van Gender in de blender staat een vrouw met een baard die haar kinderen de borst geeft. Die plaat communiceert voor mijn gevoel duidelijker het betrekkelijke van dat man-vrouw onderscheid dan al het andere in dit lespakket.
5. De informatie moet objectief zijn, dat wil zeggen: moet kloppen. Niet soms, maar altijd.
6. Het moet goed gestructureerd zijn. Je moet na doorwerken het idee hebben: 'Ja, dat is duidelijk en overzichtelijk.'
7. Er zijn in beginsel meerdere werkvormen mogelijk, maar een lespakket moet in ieder geval ook geschikt zijn voor zelfstudie. Als het geschikt is voor zelfstudie is het meteen ook geschikt als tekstbegrip-oefening.
8. Dat veronderstelt dus naast begrijpelijke stof ook een check-toets zodat iemand zichzelf kan testen en feedback kan krijgen.

Wat maakt Gender in de blender van deze punten waar?
1. Qua doel gaat Gender in de blender verder dan alleen informatie geven en wat begrip kweken. De problemen van travestieten en transseksuelen worden bijvoorbeeld niet erg expliciet behandeld, terwijl die er toch echt wel zijn. Het geheel krijgt daardoor wat het karakter van een promotie-tekst.
2. Is het effectief om wat informatie over te dragen en begrip te kweken? Als mensen het doorwerken, misschien wel.
3. Gender in de blender is erg lang, te lang.
4. Hier en daar bevat Gender in de blender mooi visueel materiaal, maar mijns inziens kan dat nog wel meer accent krijgen.
5. De informatie in Gender in de blender is niet altijd even objectief en genuanceerd. Op dit punt valt nog het nodige te verbeteren.
6. De structurering ontbreekt grotendeels. Er is heel veel materiaal dat samengevoegd is. Het leidt ook niet tot het idee: 'Dit is duidelijk en overzichtelijk.'
7. Voor zelfstudie is Gender in de blender in de huidige vorm voor de meeste leerlingen te hoog gegrepen. Dat komt ook door de lengte, maar ook doordat men hier geen aandacht aan besteed heeft.
8. Echt feedback-toetsen ontbreken. Een voordeel van zulke toetsen is, behalve dat de leerling zichzelf kan checken, ook dat het de lespakketmakers dwingt om na te gaan, wat een leerling precies moet weten/kunnen.

Gender in de blender is dus nog niet het ideale en perfecte lespakket. Aan de andere kant is het een mooi begin en veel beter dan niets mits men de tijd en de moeite wil nemen er een stuk materiaal uit te selecteren.

0 reacties

Een reactie posten