20 oktober 2009



Het mechanisme achter transgender-discriminatie


‘In Iran zijn geen homoseksuelen.’ Deze uitspraak deed de Iraanse president Ahmadinejad alweer een tijd geleden aan de Columbia University in New York (Wikipedia). Dat er in Iran geen homoseksuelen zijn, is natuurlijk niet echt waar, maar als je de doodstraf hanteert voor homo's of ze op andere manieren het leven zuur maakt, laten de homo's die er nog zijn, zich liever niet al te duidelijk zien.


Weinig transgenders?

Op ongeveer dezelfde manier kun je gemakkelijk denken dat er in Nederland amper transgenders (travestieten, transseksuelen en alles daar tussenin) zijn. Uit bevolkingsonderzoek weten we echter dat dat bepaald niet het geval is. In totaal moeten er iets van 240 duizend in Nederland rondlopen, maar als het er belangrijk meer zouden zijn, zou me dat ook niet echt verbazen.

Travestiete en transseksuele mannen laten zich bij voorkeur niet zien. Zelfs bekende en soms goed uitziende transgenders zijn vaak niet volledig uit de kast gekomen uit angst voor negatieve consequenties. Zo is het te woord staan van pers en tv bij publieke evenementen vaak een probleem. Opeens blijken de officiële woordvoerders dan bang voor herkenning door bekenden. Op Internet en tijdens bijeenkomsten worden normaal zelf gekozen vrouwennamen gebruikt. Tijdens een demonstratieve happening op straat in Amsterdam mocht ik het meemaken dat een charmante en goed uitziende transgender zich opeens afwendde. Even later verontschuldigde ze zich: er kwam net een collega langs en die mocht haar eens herkennen.

De kleine fractie transseksuele mannen die tenslotte een geslachtsaanpassende behandeling ondergaat, probeert daarna meestal zo onopvallend mogelijk als vrouw over te komen en door het leven te gaan. Ook die zie je dus -- als het goed is -- niet echt.

Uiteindelijk is er slechts een kleine groep transgenders die openlijk voor hun geaardheid durven uitkomen.


Meer acceptatie

Op de ledenvergadering van de LKG T&T (Landelijke Kontaktgroep Travestie en Transseksualiteit) van 17 mei 2008 in Nieuwegein passeerden een groot aantal punten. Ogenschijnlijk totaal verschillende zaken. Maar uiteindelijk kwam steeds één punt terug: acceptatie. Hoe kan de acceptatie van transgenders in Nederland bevorderd worden? Misschien denken niet alle transgenders gelijk over een beladen term als 'discriminatie'. Maar van de noodzaak voor meer acceptatie was voor iedereen doordrongen.

Wat is het probleem bij die acceptatie? De meeste transgenders zitten veilig in hun kast. Ze doen aan travestie, maar ze durven zich niet te laten zien. Ze durven het niet te vertellen en niet te bekennen. Het zijn normale mannen, waar niks mis mee is, behalve dan dat onzegbare: ze zijn travestiet (Ook transseksuelen doen/deden aan travestie). Van alle Nederlandse transgenders is maar één op de duizend (ongeveer) lid van de LKG T&T, de enige organisatie met rechtspersoonlijkheid op dit gebied. En zelfs van de LKG transgenders is maar een enkeling volledig uit de kast gekomen.

De weinige transgenders die wel uit de kast komen, staat vaak een koude douche te wachten. En in sommige gevallen kan die koude douche erg lang duren. Als je bijvoorbeeld bij de Commissie Gelijke Behandeling zoekt, vind je 1 geval op het trefwoord travestie. Je vindt een veelvoud op transseksualiteit. Toch is het aantal transseksuelen in verhouding tot het aantal travestieten uiterst klein. Dat kleine aantal transseksuelen kan zich echter niet langer verschuilen achter het masker van 'ik ben een doodgewone man'. En dat zullen ze weten.


Discriminatie-gronden

Wat is er mis met transgenders? Ik probeer te kijken met de ogen van een buitenstaander.
1. Ze zien er niet uit.
2. Ze doorbreken een sociale norm.

Homo's doorbreken ook een sociale norm. Als man word je geacht met een vrouw te vrijen, niet met een andere man. 'Het zou anders een mooie boel worden'. Toch worden homo's veel meer geaccepteerd dan transgenders (hoewel echt nog lang niet overal en door iedereen). Hoe kan dat?

Een belangrijk punt is dat homo's er meestal volstrekt normaal uitzien. Het zijn echte mannen, het zijn keurige mannen. Misschien niet altijd en overal, maar de overgrote meerderheid wel. En dat sociaal afwijkende gedrag zie je niet. Ze doen het thuis, in de bosjes, in de sauna of in de darkroom. Maar niet in het publiek. Je weet dat het er is, maar je ziet het niet. Wat je ziet, is normaal. Homo's passen -- afgezien van dat gedrag -- perfect in het normale manbeeld.


Beeldvorming en negatieve selectie

Bij transgenders kun je dat vaak moeilijk volhouden. Wat je ziet, wijkt juist af. Je kunt op grond van dat uiterlijk moeilijk volhouden dat het normale mannen zijn, of normale vrouwen. En het afwijkende gedrag dat je bij homo's normaal niet ziet, dat zie je bij transgenders vaak levensgroot voor je in de vorm van dat afwijkende uiterlijk.

Helemaal waar is dat niet. Sommige transgenders kunnen moeiteloos voor vrouw en soms zelfs leuke vrouw doorgaan. Een enkeling die ik ken, is zelfs zo 'goed' dat ze een soort supervrouw zijn geworden. Ze zijn net iets te perfect vrouw om helemaal biovrouw te kunnen zijn. Maar voor een normaal mens zijn dat echte vrouwen. Zoals een vriendin eens zei over een T: 'Ja, maar dat is geen transgender, dat is gewoon een knappe vrouw.' De in dat opzicht succesvolle T's associeer je dus normaal niet met transgenders.

Het gevolg is dat 'succesvolle' transgenders voor het beeld dat de buitenwereld heeft van transgenders, geen enkele rol spelen. Vooral de transgenders die niet overtuigend overkomen bepalen daardoor voor de buitenwereld het beeld.

Van het relatief kleine aantal transgenders dat zich daadwerkelijk laat zien, wordt vooral dat deel onthouden en geassocieerd met travestie en transseksualiteit dat minder geslaagd overkomt.

Deze negatieve selectie zorgt ervoor dat transgenders normaal vooral geassocieerd worden met de meest extreme en de meest negatief overkomende uiterlijken. Door die associaties krijgen begrippen als 'travestiet' en 'transseksueel' een extreme en een negatieve lading.

Voor normale vrouwen werkt het mechanisme precies andersom, namelijk met positieve selectie. Er zijn veel vrouwen die er niet echt geweldig uitzien. Maar we richten onze aandacht normaal vooral op de mooie, knappe vrouwen. Zowel mannen als vrouwen kijken liever naar knappe vrouwen. Het gevolg is dat we bij een begrip als 'vrouw' bij voorkeur associëren met het plaatje van een mooie vrouw. Het gevolg daarvan is weer dat veel vrouwen het gevoel hebben onmogelijk aan dat soort overdreven verwachtingen te kunnen voldoen.

Ook transgenders zelf maken zich druk over hun uiterlijk en hechten daar vaak veel belang aan. Het onderwerp 'passabiliteit' (overkomen als vrouw) scoort onder transgenders hoog. Het trekt op sites als www.travestie.org veel hits. Ook veel transgenders realiseren zich dus vaak het belang van het eigen uiterlijk.

Maar dat eigen uiterlijk is vooral relevant voor de directe discriminatie. Voor de manier waarop onbekenden je op basis van je uiterlijk behandelen. Natuurlijk is dat belangrijk.


Indirecte discriminatie

In de praktijk vormt indirecte discriminatie uiteindelijk vermoedelijk een minstens zo'n groot probleem. Bekenden hebben via via gehoord dat iemand travestiet of transseksueel is, zich op basis daarvan een voorstelling gevormd en vervolgens weet men genoeg. Men is niet langer welkom, men hoort er niet langer bij, men wijkt af, etc.

Die indirecte discriminatie vindt dus niet plaats op grond van het eigen uiterlijk als transgender, maar op basis van de voorstelling die mensen hebben van 'travestieten' en 'transseksuelen'. En dat beeld berust door dat mechanisme van negatieve selectie weer vooral op wat men van de meest extreme en minst geslaagde transgenders gezien heeft.

Het gevolg is dat een transgender uiteindelijk nooit alleen op het eigen uiterlijk wordt beoordeeld, maar ook op het uiterlijk van de meest extreme en minst geslaagde transgenders die er te vinden zijn. Hoe oneerlijk dat ook mag lijken.


Valt dit mechanisme te doorbreken?


Nu zullen er altijd minder geslaagde T's blijven wat we als transgenders ook proberen te verzinnen. Op dat punt valt er dus vermoedelijk niet veel vooruitgang te bereiken. Toch is het belangrijk op een of andere manier die beeldvorming te wijzigen. De vraag is hoe?

Het plaatje dat een transgender neerzet/vormt, kun je op twee verschillende aspecten beoordelen. Het ene aspect is of de trangender als man of vrouw overkomt of iets daar tussenin, voorzover dat mogelijk is. Het andere aspect is of de transgender leuk, positief overkomt of juist vervelend, negatief. Transgenders zijn vaak sterk gericht op het eerste aspect en veel minder op het tweede.

In onderstaande tabel heb ik alle mogelijkheden systematisch weergegeven. In de linker kolom staat hoe men beoordeeld wordt. In de bovenste regel of men als man, vrouw of ambigu wordt gezien.

Alle transgenders die overkomen als vrouw vallen voor de beeldvorming van transgenders weg. Dat is dus de hele laatste kolom met de categorieën 3, 6 en 9. De transgenders die neutraal overkomen, veroorzaken geen emotioneel effect van betekenis en hebben daarom voor de beeldvorming ook weinig betekenis. Er blijven dus slechts 4 categorieën over die wel van invloed kunnen zijn op de beeldvorming. Dat zijn de categorieën 1, 2, 7 en 8.

Bij categorie 1 moet men denken aan een man die een jurk heeft aangetrokken. Ik moet in dit verband denken aan het verhaal dat iemand me toevertrouwde die voorzover ik weet geen transgender is. Hij had zich samen met een vriend eerst moed ingedronken en daarna hadden ze beide een jurk aangetrokken. Vervolgens waren ze beide een Thaise travestietenbar uitgegooid. Hoewel Thailand bekend staat als uiterst t-vriendelijk, werd dit uiterlijk dus negatief beoordeeld.

Maar ook genoeg transgenders komen ondanks alle inspanningen toch gemakkelijk als man over terwijl de voor een man afwijkende kleding snel negatief beoordeeld wordt en vallen dan toch in categorie 1. Bij categorie 2 is het minder duidelijk dat het om een man gaat, maar komt men ook weer niet overtuigend over als vrouw. Verder wordt ook in dit geval de kleding negatief geëvalueerd. De persoon komt ambigu over en de kleding negatief.

De negatieve selectie ontstaat doordat transgenders in categorie 9 wel positief worden beoordeeld, maar niet worden gezien als man of transgender. Zij komen over als vrouw. Men zou zich kunnen afvragen, hoe categorie 8 dan werkt. Mijn ervaring is dat zodra mensen het plaatje / het uiterlijk leuk vinden, dus positief beoordelen, ze de werkelijke sekse niet zo'n punt meer vinden en geneigd zijn mee te gaan in de suggestie. Die ervaring wordt voor deze categorie bevestigd door andere transgenders. Categorie 8 werkt daarom ook niet effectief in de beeldvorming van trangenders.

De categorieën 1 en 2 geven dus een sterk negatief emotioneel effect en worden gemakkelijk aan begrippen als 'travestie' en 'transseksualiteit' gekoppeld. De categorieën 8 en 9 geven een positief emotioneel effect maar worden niet aan 'travestie' en 'transseksualiteit' gekoppeld.


........................ man ............. ? .......... vrouw
-------------------------------------------------------------------
negatief .............. 1 ............... 2 ............... 3

neutraal ............. 4 ............... 5 ............... 6
positief ............... 7 ............... 8 ............... 9
-------------------------------------------------------------------




Ik denk dat er uiteindelijk slechts op één manier een opening in het systeem valt te maken en wel via categorie 7. Men komt als man over terwijl men via de (vrouwelijke) kleding toch positief wordt geëvalueerd.

Dit klinkt misschien wat abstract, maar er zijn ondertussen genoeg voorbeelden dat dit inderdaad heel goed mogelijk is. Men draagt als man vrouwenkleding op een leuke manier. Of men blijft duidelijk man, maar vervrouwelijkt het uiterlijk wat.

Voor transgenders is dit een beetje een vreemde categorie. Transgenders willen immers het liefst als vrouw gezien worden. De bedoeling is meestal niet als man over te komen. Maar op het moment dat mannen openlijk en op een leuke manier vrouwenkleren gaan dragen of hun uiterlijk vervrouwelijken, valt het sterke stigma dat aan travestie en transseksualiteit kleeft, geleidelijk weg.

Voor een andere beeldvorming van transgenders zijn dus mannen in rok of mannen in jurk die en als man overkomen en er in de ogen van het publiek leuk uitzien, dus misschien wel onmisbaar.

2 reacties

Anonymous Anoniem zei...

Bedankt voor de interessante informatie

zaterdag, december 12, 2009  
Anonymous Anoniem zei...

Ik ben het met deze stelling eens,Op een zonnige dag waren wij in Leuven,en wij,mijn vriendin en ik droegen beiden een grote strandhoed met zonne-bril
De reacties waren duidelijk positiever als anders.

donderdag, juni 17, 2010  

Een reactie posten